vaar noch vrees kennen 1.0
((vooral) in België)
totaal niet bang zijn; in het geheel geen vrees kennen; onbevreesd zijn; onverschrokken
zijn
Algemene voorbeelden
Je durft Jim Lovell de vraag amper te stellen, want na twee dagen rondtoeren op het Lyndon B. Johnson ruimtecentrum in Houston, Texas, onthou je vooral dat astronauten nooit bang zijn, vaar noch vrees kennen en dat het eigenlijk niet past te informeren of ze ooit schrik hebben gehad.
Dit 'voaren' betekent raar aandoen, bevreemden. Het komt van het Middelnederlands 'vare' = vrees en dat heeft te maken met ons 'gevaar', met het Engelse woord voor vrees: 'fear' en het Duitse 'furchten' = vrezen. Er is nog een Vlaamse uitdrukking waarin dat oud woord nog gebruikt wordt: vaar noch vrees kennen.